2004/20 Huisarts; Implanon niet goed ingebracht, gevolg zwangerschap; huisarts toerekenbaar tekortgeschoten en aansprakelijk voor de schade

Tijdschrift voor Gezondheidsrecht - Tập 28 - Trang 197-201 - 2004

Tóm tắt

Eiseres in deze procedure laat in 2000 door haar huisarts het voorbehoedsmiddel Implanon inbrengen. De huisarts had dit middel voorheen niet eerder ingebracht. Enkele maanden later blijkt eiseres zwanger. Bij een echo gemaakt van de arm is het implantaat niet aangetroffen. Eiseres stelt haar huisarts aansprakelijk en vordert vergoeding van de door haar geleden en nog te lijden schade. De rechtbank overweegt dat eiseres ervan uit mocht gaan dat haar huisarts er in ieder geval voor in stond dat het staafje in haar lichaam zou worden ingebracht, en er derhalve sprake was van een resultaatsverbintenis. Hiervan uitgaande is het aan eiseres, aangezien zij zich op de rechtsgevolgen van niet nakomen van deze verbintenis beroept, te stellen en zonodig te bewijzen dat het staafje inderdaad niet is ingebracht. De rechtbank komt, op basis van de door eiseres gestelde feiten, tot de slotsom dat het implantaat ofwel niet is ingebracht bij eiseres ofwel op onjuiste wijze en dat daardoor het implantaat vervolgens door het lichaam is uitgestoten. De rechtbank concludeert dat de huisarts toerekenbaar tekort is geschoten en dat hij aansprakelijk is voor de ten gevolge van deze tekortkoming geleden schade. Voor wat betreft deze schade is, voor het antwoord op de vraag welke schade voor vergoeding in aanmerking komt alsmede voor het antwoord op de vraag in welke omvang, van belang of eiseres, naar zij stelt en door de huisarts wordt betwist, had gekozen voor een kinderloos leven. Eiseres wordt toegelaten tot dit bewijs en iedere verdere beslissing wordt aangehouden.